
Via autoweek.nl > Toyota wil ‘Fun To Drive’ worden en onderstreept die intentie met de introductie van een 200 pk achterwielaangedreven sportwagen. De eerste rijindrukken zijn zeer bemoedigend. De GT 86 is weliswaar heerlijk ‘old school’ maar hij stuurt zoals het een echte sportauto betaamt.
Het is niet moeilijk in de showroom van een Toyota-dealer de meest sexy auto te zijn. Maar de GT 86 staat ook daarbuiten zijn mannetje. Hij ziet er zo goed uit dat hij zich zelfs naast een VW Scirocco of Nissan 370Z de aandacht trekt. Als dat niet genoeg is, moet je er een spoiler op bestellen. Dan krijg je er een die zo hoog als het dak is en herinneringen oproept aan heftige Supra’s uit het verleden.
We mogen de GT 86 rijden op Sodegaura, een ‘forest racetrack’ dat een uurtje van Tokyo vandaan ligt, een unieke gelegenheid want de officiële persintroductie staat pas voor mei 2012 in de agenda en de start van de verkopen in juni.
Voordat we instappen wat geschiedenis. Toyota wilde dit project eerst alleen doen om zichzelf terug op de kaart te zetten als bouwer van ‘echte’ sportauto’s. Doelstelling was een pure sportauto te ontwikkelen, die op een moderne manier ‘old school’ is, zonder kunstmatigheden als vierwielaandrijving, behulpzame tover-electronica of turbo’s, maar wel met een laag zwaartepunt en een zo mooi mogelijk uitgebalanceerd chassis. Puur natuur dus.
De verantwoordelijke ingenieurs kwamen er al snel achter dat een lage en platte boxermotor ideaal was om dat lage zwaartepunt te bereiken. Het lag voor de hand met de collega’s van Subaru te praten, ook omdat Toyota 20% van de aandelen van dat bedrijf bezit. Maar bij Subaru hadden ze geen trek in een gezamenlijk project – vooral omdat Toyota er op stond dat de auto alleen maar achterwielaandrijving zou hebben. Toen ze bij Toyota een achterwielaangedreven prototype hadden gebouwd, was dat zo overtuigend dat Subaru ‘om’ ging en beide fabrikanten ontwikkelden de nieuwe auto samen verder.
De GT 86 gaat bij Subaru BRZ heten, en ziet er op wat details na hetzelfde uit en heeft dezelfde specificaties. De auto’s worden bij Subaru gebouwd, op een speciale nieuwe lijn, en naar verwachting van Toyota zal slechts een procent of tien de badge BRZ dragen. Wie dus exclusief wil zijn, weet dat hij zijn bestelling bij Subaru moet plaatsen.
De styling van de GT86 is overigens een hommage aan de beroemde Toyota 2000 GT. Dat zie je er niet meteen aan af, maar als beide auto’s naast elkaar zouden staan, zou je moeten kunnen zien dat de vormen van de zijruiten nagenoeg gelijk zijn en dat de rondingen van de spatschermen hetzelfde zijn.
Boksende zuigers
Stap in de GT 86 en je kunt niet anders dan vaststellen dat de zitpositie dik in orde is, met lekkere kuipstoelen en een uitstekende plaatsing van stuurwiel, pedalen versnellingspook. Je ziet geen onnodige poespas, gewoon een mooie en doelmatige cockpit. Wie niet zelf wil schakelen, kan voor een zestraps automaat gaan, met flippers aan het stuur. Als je de boxer start, hoor je onmiddellijk aan de karakteristieke roffel dat je iets bijzonder onder de kap hebt. De motor is niet zonder meer uit een Impreza getrokken, het is een totaal nieuwe krachtbron, met een inhoud van bijna twee liter en goed voor 200 pk en 205 Nm aan draaimoment. Bijzonder is dat hij zowel directe als indirecte inspuiting heeft, er wordt dus niet alleen brandstof in de verbrandingsruimten gespoten, maar ook in de aanzuigbuizen. Beide systeem werken uiteraard samen, wat niet wil zeggen dat ze altijd allebei tegelijkertijd actief zijn. Het resultaat zou een beter koppel bij lage toeren zijn en een winst over het gehele verloop van de kromme.
De boxer geeft de GT 86 meteen uniek karakter, hij klinkt apart en inspirerend, al is het geluid niet zo stevig en nadrukkelijk aanwezig als in een dikke Impreza. Het feit dat je een boxer aan boord hebt, wordt benadrukt door de logo’s op de flanken, met twee ‘boksende’ zuigers erop, en het getal ‘86’ erop. De naam van Toyota’s nieuwe sportwagen heeft alles te maken met een speciale uitvoering van de Corolla uit de jaren tachtig. Die had chassisnummer AE 86, was voorzien van achterwielaandrijving en werd voor de echte enthousiastelingen gebouwd. Overigens zijn de boring en de slag van de nieuwe boxer allebei 86 millimeter. Dat is toeval, zei een ingenieur van Toyota, hoewel het vierkante karakter (boring en slag gelijk) een welbewust knikje van respect is naar die AE 86, die ook een ‘vierkante’ motor had.
Laag zwaartepunt
Ondanks het feit dan de GT 86 200 pk heeft, voelt hij niet heel erg snel aan, wat komt door het atmosferische karakter van de motor. De kracht komt pas bovenin, je moet boven de 3000 toeren zitten om te voelen hoe het koppel opbouwt. Toyota gaf nog geen prestaties en bepaalde specificaties zoals het gewicht vrij, maar zeker is dat de GT 86 om snel te zijn een energieke rijder nodig heeft, die door juist te schakelen het maximale uit de motor weet te halen.
De opzet de auto een laag zwaartepunt te geven, is meer dan geslaagd. Het ligt op 460 millimeter hoogte, wat 74 millimeter lager is dan bij een Impreza. Behoefte aan meer vergelijkingsmateriaal? De zwaartepunten van een Porsche Cayman en een Nissan GTR liggen achtereenvolgens op 482 en 495 millimeter. De GT 86 neemt op dit gebied dus een unieke positie in.
Van het gewicht rust 53% op de vooras, precies genoeg om ervoor te zorgen dat de GT 86 snel en gehoorzaam instuurt. Doordat de motor zo laag ligt, heeft hij geen last van overdreven onderstuur. Als je een bocht veel te snel ingaat, begint hij uiteraard wel over zijn voorwielen weg te glijden, maar de staart van de GT 86 is zodanig licht dat even gas lossen voldoende is om de grip te hervinden. De achterkant beweegt dan naar ‘buiten’ waardoor hij mooi met zijn neus de bocht indraait. Dat is een heel transparant en goed heersbaar proces, dat je voor je het weet ten volle benut om zo snel mogelijk met de GT 86 te rijden. Als je de auto provoceert, wil de achteras iets verder naar buiten komen. Wie dat deel van zijn karakter interessant vindt, doet er goed aan het optionele sperdifferentieel (Torsen) te bestellen. De achteras is overigens een constructie met dubbele driehoekige draagarmen, qua lay-out vergelijkbaar met de Impreza, maar met zodanig andere bevestigingspunten dat Toyota van een nieuwe ophanging spreekt.
Branieschopper
Door de geleidelijke ontwikkeling van de trekkracht en het transparante karakter van het weggedrag, laat de GT 86 zich heel gemakkelijk ‘mooi’ en met veel vertrouwen sturen. In menig opzicht doet hij aan een Lotus denken. Zijn wegligging en weggedrag komen niet van plakkerig rubber en elektronische systemen die ongemerkt steeds een handje helpen, maar van een mooie balans in het chassis, net zoals bij de auto’s uit Norwich. Die hebben net zoals de nieuwe Toyota geen overdreven brede banden nodig om zich te handhaven.
De GT 86 is net zoals een Elise of Evora een heel natuurlijk sturende auto, die prima communiceert en veel vertrouwen inboezemt. Hij zou gemakkelijk een hoger vermogen aankunnen, maar Toyota is niet van plan dat te gaan leveren: het chassis is zo goed dat je de die 200 pk ten volle kunt benutten, en dat geeft snelheid genoeg. Wie een Autobahn Brenner of branieschopper zoekt, is bij de GT 86 aan het verkeerde adres. Het is vooral een sportauto voor de man die van ‘mooi sturen’ houdt, die meer van een goed onderstel geniet dan van een overdosis pk’s en die weet ervaren genoeg is om te weten dat je op spannende berg- of landwegen met een goede balans minstens zulke hoge snelheden kunt halen als met veel vermogen. Toyota gaat de kracht van dat ‘mooie chassis’ aantonen door de GT 86 ingaande april in te zetten voor het VLN Kampioenschap in Duitsland.
Begin volgend jaar zullen we ervaren wat de GT86 waard is op uitdagende binnenwegen. Als hij daar hetzelfde karakter toont als op Sodegaura, heeft Toyota een opmerkelijke auto gebouwd. Niet alleen omdat hij te midden van de Prius-sen en Auris-sen in al hun eco-gedaanten zo’n vreemde eend in de bijt is, maar vooral omdat het zo’n mooie naturel sportwagen is, met sportieve kwaliteiten die je van Toyota niet meer verwachtte. Fun To Drive, zouden ze bij Toyota nog wel weten wat dat is? Met die vraag stapte ik in de GT86. Ja, dat weten ze heel goed. Met dat antwoord stapte ik uit.
bron en tekst autoweek.nl
Laat wat van je horen