RIJ-IMPRESSIE| De Toyota Camry is al 37 jaar onder ons. De Japanners hebben er meer dan 19 miljoen van verkocht, vooral in de Verenigde Staten. In Europa is de auto de afgelopen 15 jaar niet te koop geweest, maar nu komt hij terug.
In 2017 kwam de compleet nieuwe, achtste generatie Camry op de markt in in Japan, de VS en Australië en volgende maand staat de grote Toyota voor het eerst ook weer in de showrooms in Europa. Uitsluitend als hybride en uitsluitend als sedan: een gewaagde keuze, aangezien we hier toch vooral gek zijn op stationwagons.
Als er dan toch wordt gekozen voor een zakenauto in de middenklasse, kiest de overgrote meerderheid tegenwoordig voor een van de drie Duitse topmerken: BMW, Mercedes en Audi. Terwijl in Nederland daarnaast ook Volvo nog populair is. De overige merken opereren in de marge. Voor de Camry lijkt dan ook vooral een rol weggelegd als taxi of als auto voor particuliere kopers, die waarde hechten aan het erg goede imago van Toyota. De fabrikant heeft er zelf een veel hogere verwachting van, alleen al omdat in Europa benzine-hybrides een aantrekkelijk alternatief vormen voor de veelgeplaagde diesels.
Eerlijk is eerlijk: de Camry heeft goede papieren, zoals een soepel werkende hybride aandrijflijn met een fijne CVT-automaat, veel trekkracht en een comfortabel onderstel. In de stroombehoefte wordt voorzien door een nikkel-metaalhydride accu die kleiner is en zich in de nieuwste generatie onder de achterbank bevindt. Hierdoor ging geen bagageruimte verloren en werd het zwaartepunt verder verlaagd, wat de wegligging ten goede komt.
Wanneer het batterijenpakket leeg is, hoeft de Camry niet met een stekker aan een stopcontact of laadpaal. In plaats daarvan probeert hij continu stroom te halen uit de kracht van de verbrandingsmotor en door het terugwinnen van energie tijdens het remmen (recuperatie). In de praktijk werkt dat goed. Vaak remmen auto’s als deze vrij abrupt omdat bij het afremmen direct een dynamo gaat meelopen, maar in de Camry blijkt dit goed onder controle.
Door zijn uiterlijk en zijn zacht geveerde onderstel wekt de Camry de indruk een auto te zijn die vooral excelleert op de lange afstand en dat is ook zo. De 2,5 liter metende viercilinder motor doet zijn werk geruisloos zolang je ‘m niet opjaagt. Vaak is de overgang tussen elektrische aandrijving en verbrandingsmotor niet eens te horen. Ook windgeruis schittert door afwezigheid. Hooguit de ietwat harde banden zorgen op minder dan perfect gladde wegen voor rol-geluid. Helaas heb je op langere afstanden weinig aan de hybride aandrijving, die het vooral moet hebben van het afremmen en optrekken om optimaal energie terug te kunnen winnen.
Achter het stuur zit je prima. De zitpositie is goed, mede dankzij het feit dat het stuur zo goed instelbaar is. Weliswaar heb je uitzicht op een ietwat grofstoffelijk dashboard dat vooral ontworpen lijkt voor Amerikanen met dikke worstenvingers, en zien de knoppen van de raambediening er nog net zo uit als bij modellen uit de jaren negentig, maar alles wat je nodig hebt zit erop en eraan. Hooguit Apple CarPlay erbij zou nog fijner zijn. Achterin is helemaal veel hoofd- en beenruimte. Iemand van 1,90 meter kan prima ‘achter zichzelf zitten’.
De nieuwe Camry is voorzien van een 177 pk sterke 2,5-liter viercilinder, die we uit de Toyota RAV4 kennen. De benzinemotor wordt geholpen door een 120 pk sterke elektromotor, waardoor ze samen tot een systeemvermogen van 218 pk komen. Goed voor een sprint van 0-100 km/u in 8,3 seconden en een theoretisch verbruik van 1 op 23,3.
In de praktijk betekent het dat je aan trekkracht geen gebrek hebt en dat het met een beetje goede wil mogelijk is om rond de 1 op 20 te rijden. Met zulke cijfers is de stekkerloze benzine-hybride inderdaad een aantrekkelijk alternatief voor diesel. Een auto inhalen is zo gebeurd en doordat de accu laag in de auto ligt, merk je in de bochten niets van eventueel overgewicht. Maar uitgesproken sportief wordt de Camry nooit. Wie wil doorrijden wordt geconfronteerd met een motor die snel op toeren komt en dan blijft hangen – een bekend euvel van de CVT-transmissie.
Daarbij moet wel aangetekend worden dat het ongewenste effect al veel minder is dan bij vorige modellen met dit systeem en wie niet permanent bezig is om het maximale uit zijn Camry te halen, zal hier geen last van krijgen. Ook op ander gebied doet de Toyota zijn werk uitstekend. De besturing is prima en niet ‘Amerikaans‘ licht – hoewel de auto wel vooral voor deze markt werd ontwikkeld.
Het goedkoopste uitrustingsniveau van de Camry, de Active, blijkt al veelomvattend. Deze heeft onder meer led-koplampen, grootlicht-assistent, verkeersbordherkenning, adaptieve cruisecontrol, automatisch noodremsysteem en rijstrookbewaking. De door ons gereden Exexutive versie voegt daar aan toe: leren bekleding, elektrische stoelverstelling, een draadloze telefoonlader, stoelverwarming, dodehoekwaarschuwing en achteruitrij-radar.
Minpunten blijken in de nieuwe Camry lastig te vinden. Je zou van mening kunnen zijn dat de auto qua uiterlijk niet goed aansluit bij de Europese smaak. Je kunt vinden dat het lijkt alsof de auto met zijn voorkant door een luxaflex-winkel is gereden. De bagageruimte heeft een kleine opening, waardoor bagage inladen minder makkelijk is dan bij een stationwagon, hatchback of liftback. En bij het in- en uitstappen achterin moet je oppassen dat je je hoofd niet stoot. Maar hoe je het ook wendt of keert, de Toyota Camry Hybrid heeft veel te bieden. Bovendien komt hij eind mei met scherpe prijzen naar Nederland. De basisversie Active kost dan 39.995 euro en de completer uitgevoerde Executive staat voor 44.995 euro in de prijslijst.
Prima auto. Heb de Camry premium nu twee jaar en geen problemen onder vonden. éen minpunt heeft mijn versie en dat is dat hij geen geheugen op de bestuurderszetel heeft. Het latere model hebben ze dan volledig aangekleed in de premium versie. Het verbruik is laag zoals vermeld als men op een normale manier rijd dus geen reden tot klagen.